Het betreft een fragment-zerk, van ca. 26 cm breed en 35 cm hoog (maximale maten).
Op het fragment staat in Latijnse letters :
" K . SCHUT "
In 1939 registreerde Muschart dit fragment als een vierkante tegel, genummerd "43" met de letters:
" DERCK . SCHUT "
Derck Schut was getrouwd met Grietjen Gijsberts. Derck Schut was schoenmaker en woonde met zijn vrouw in de Rijnstraat. In 1680 is sprake van 'de weduwe Derck Schut'. Ook bezat Derck Schut een looihof, in de Velperpoort op de oude gracht, gelegen naast de looihof van Jan Otten. Een looihof / loohof, ook genoemd looierij, is de plaats waar leer bewerkt werd. Hiervoor gebruikte men toen diverse kuipen en een kalkgat.
Grietgen Gijsberts was de dochter van Gijsbert Hendrixen en Jenneken Warners. Ze had nog twee zussen Anneken en Hendersken.
Grietjen Gijsberts wordt ook geschreven als Grietgen Gisberts
In de kerkboeken staat genoteerd bij deze zerk in 1715 "Modo weduwe van Derck Schut, Grietje Gijsbers" (zie afbeelding).
Daarvoor staat nog vermeld, op 24 oktober 1636 dat de grafplaats toebehoorde aan Gijsbert Hendrickss. Waarschijnlijk is dit de vader van Grietjen, echtgenote van Derck Schut.