Deze zerk bevindt zich in het portaal en is genummerd "45". Rechts onder ontbreekt een groot deel van de zerk. Op de bovenste helft van de zerk bevindt zich een ronde inzinking met een brede versierde rand, daarbinnen bevindt zich een ovaalvormig wapenschild met familiewapens. Het wapenschild is verticaal opgedeeld, aan de linkerkant zien we 3 gedekte bekers, 2 boven, 1 onder. Aan de rechterkant een zittende hond met halsband.
Op de onderste helft van de zerk bevindt zich een 5 regeling tekst in Latijnse letters. De ruimte rond de tekst is weggehakt, duidelijk te zien is dat de sterfdatum van Elisabet niet ingevuld is. Het opschrift luidt:
“Aº . 1647 . DEN . 16 . DECEMBER .
STERF . WILLEM . EDVERS....
Aº . 16 — . DEN —— .
STERF . ELISABET . VAN S....
SYN . HVISFROV .”
Bij het woord ‘sterf’, zijn de ’T’ en de ‘E’ aan elkaar vast geschreven. Het woord ‘van’ op de vierde regel, daarvan zijn de ‘V’ en de ‘A’ aan elkaar vast geschreven.
De sterfdatum van Elisabet van Startegam is niet ingevuld. Onduidelijk is of zij hier begraven werd.
In de collectie van Museum Arnhem bevindt zich de gildebeker van het St. Eloys- of Smedengilde. Op deze gildebeker staat op de deksel vermeld 'Gimmer, Everhardt Willemsen, Gardiaen' en Evert Willems (zoon van) is boekhouder van het smedengilde in 1656 (zie afbeelding). Op diezelfde beker bevindt zich ook het familiewapen van Hermannus Eduwardus (zie afbeelding), waarschijnlijk 'Hermen' kleinzoon van Willem (zie onder).
Hier ligt begraven Willem Everts, die getrouwd was met Elizabeth van Startegam, ze gingen op 28 december 1628 in ondertrouw in Arnhem en trouwden op 4 januari 1629 in Amsterdam. Zij bewoonden een huis en hofstede gelegen in de Koningstraat in Arnhem. Ze hadden ook een moeshof, gelegen aan de straat van St. Tonis buiten de Velperpoort rond 1634 en ze bezaten ook 1/4 deel van de korenmolen op de Bloemenbleick in 1631. Willem was een zoon van Evert Willems de Gimmer, hij was meester koperslager. Ook zijn zoon heet Evert Wilhemsen (Willemszoon, ?-1668) en wordt ‘de Gimmer’ genoemd.
Willem Edvers heette eigenlijk Everts (Evertszoon ?) de Gimmer en overleed 16 december 1647. Hij werd op 24 december begraven in de Eusebiuskerk. Hij was meester koperslager te Arnhem en de zoon van Evert Willems (Willemszoon ?) de Gimmer. Hij was getrouwd met Stijgen ter Maet en later, in 1629 met Elisabet van Startegam.
Elisabeth van Startegam wordt 9 december in Arnhem begraven, in 1654 wordt de boedel van zaliger Elisabeth, weduwe van Wilhem Everts, verdeeld onder Evert Willems, Jacobus Eduarts en Bernt Eduarts en een andere partij. Onduidelijk is waarom de sterfdatum niet is ingevuld op de grafzerk, ook is niet duidelijk of ze in de Eusebiuskerk begraven werd.
In de kerkboeken staat genoteerd dat de grafkosten uiteindelijk voldaan werden door Hermen en Daniel de Gimmer (1636-1676), dit betreft zerk nummer 45 van Willem Everts. Hermen en Daniel zijn de zonen van Evert Willems (zoon van Willem Everts). Daniel de Gimmer wordt pompmeester en officier en trouwt met Bernardina van Schevichaven, in 1669 woonachtig in de Bakkerstraat, waar de Keijser uithangt en in 1677 woonachtig in de Ketelstraat, waar de drie Patrijsen uithangen. Daniel krijgt een zoon Evert (1670-1710) die trouwt Elisabeth Brekerveld, zij krijgen een zoon genaamd Daniel (1700-1763), hij wordt predikant.
De naam Elizabeth van Startegam wordt ook geschreven als Lizabeth / Lijsbet van Sertigam / Sterigem / Stertegem / Stertigau / Startegam / Steertegem
De naam van Willem Edvers wordt ook geschreven als Willem Everts / Evertss / Evers.