Dit is een zerk van groot formaat van 113 x 222 cm is midden boven genummerd ‘108’. Links boven en links onder ontbreekt een klein stukje van de hoek. De zerk is geheel gebeeldhouwd met op de bovenste helft twee wapenschilden met traliehelmen (elkaar aankijkend) met wrong en dekkleden, zonder helmteken. De familiewapens zijn van beide wapenschilden afgehakt. Op de onderste helft bevindt zich een groot vierkant met versierde rand, met hierop een 8 regelig opschrift. Dit opschrift luidt:

“ANNO . 1611 . DEN . 30 . MA .
STERF . DY . EDELE . END .
ERENTFESTE . FREDERIC .
VAN . GENT . ANNO . 161Z . DĒ .
8 . MARTY . STERF . DY . EDELE .
END . ERENTRYCKE . JVFFRAv .
PANDORA . HERTZEN . SIJN .
HVYSFRAV .”

Aan de linker- en rechterkant bevinden zich aan iedere kant vier wapenschildjes boven elkaar, hangend aan riemen. De familiewapens zijn van de schildjes afgehakt. De wapenschildjes raken de zijkanten van de zerk, met onder deze schildjes een lint waarop een naam stond (linksonder ontbreekt het lint). Alleen de naam “VIJGH” is nog te lezen links op het derde lint en de naam “HERTZEN” rechts op het bovenste lint. Linksboven begint de naam met ‘G’, hoogst waarschijnlijk van “GENT”, rechts de tweede van boven staat er “..N DER ..” En de derde van boven rechts “.AN…” en de onderste rechts “O.DAER”.

De familie Van Rhemen heeft in de collectie handschriften een boek met de registratie van kwartieren en wapens van grafzerk uit 1701. Toen waren de teksten op de linten nog wel te lezen, links stond er toen : Gent, Stepraet, Vijgh en Doornick, rechts was dat moeilijker te lezen (zie afbeelding).

In de oudste kerkboeken staat omschreven dat de zerk toebehoorde aan ‘Jonkheer Frederick van Gent’ en over is gegaan op Wilhelm Joseph van Gendt, luitenant admiraal. Zerk nr. 108 wordt genoemd ‘Lt. Admiraal van Gendt, zerk is een kelder’. Bijzonder is de toevoeging in het kerkboek in 1736 dat er niet gezegd kan worden wier hier begraven ligt. Later worden de kosten van het onderhoud van het graf betaald door de erfgenamen van de ‘Admiraal Gent zarck’, nr. 108.

Luitenant Admiraal Joseph Willem van Gent werd hier tijdelijk begraven. Toen hij bij de Slag bij Solebay sneuvelde, werd zijn lichaam met de “Walvisch” terug naar Nederland gebracht, waar het gebalsemd werd. Bij testament had hij aangegeven dat hij in Utrecht begraven wilde worden, dat kon op dat moment niet om dat Utrecht bezet was door de Fransen. Hij werd daarop tijdelijk begraven in de Eusebiuskerk, enkele jaren later, waarschijnlijk eind 1680 werd hij herbegraven in de Domkerk in Utrecht. Daar kreeg deze zeeheld een monumentale graftombe (zie foto). Willem Joseph van Ghent wordt gezien als de eerste commandant van het Korps Mariniers, dat volgens de traditie op 10 december 1665 werd opgericht tijdens de tweede engelse zeeoorlog (1665-1667).

De familie Van Gent.
Frederic van Gent was jonker en werd ± 1541 geboren. Hij trouwde op 3 maart 1566 met Margriet van Gendt in Nijmegen. Na haar overlijden trouwde hij met Pandora Hertzen. Hij werd gedoopt in Winssen in 1541, de zoon van Klaas/Nicolaas van Gendt den Anna van Stepraedt, broer van Johan van Gent, heer van Winssen. Johans zoon heette weer Nicolaas en zijn zoon was Willem Joseph van Gent tot Drakenburgh. De opa van Frederic was Barthold van Gendt, heer van Leonen en Wolferen (getrouwd met Elisabeth Vijgh).

Luitenant Admiraal Willem Joseph van Gent werd geboren in Winssen 14 mei 1626. Hij overleed op 7 juni 1672 bij de Slag bij Solebay. Zijn volledige naam was Willem Joseph baron van Ghent tot Drakenburg (1626-1672) en hij was getrouwd met Swane Pensée van Essen, vrouwe van Langeler. Hij was de tweede zoon van Claas (Klaas) van Gent, heer van Winssen en Johanna Baronesse van Gent van Oyen (in het geboorteregister staat "dochter van het Huijs Oijen, getrouwd in Oosterbeek". Claas van Gent (1584-1635) was de zoon van Johan van Gent (1552-1595) en Aleijd/Alithea van Arnhem. Johan van Gent was de zoon van Nicolaas van Gent (1514-1579) en Anna van Stepraedt.

De familie Hertzen.
Pandora is de dochter van Jacques Hertzen en zijn vrouw Anne van der Dilft. Jacques Hertzen was ridder en wethouder van de stad Antwerpen in losse periodes van 1533 tot 1554. Ook tijdens de inauguratie van Philippe II in Antwerpen, bij deze ceremonie werd Jacques (Jacob) tot ridder verheven. Later zou hij, tijdens ongeregeldheden Antwerpen verlaten en in 1567 verhuizen naar Gogh, het land van Kleef. Anne zijn vrouw was de dochter van Jean van der Dilft, ook ridder en ‘seigneur de Brochvliet’ en tevens enige tijd burgemeester van Antwerpen. ‘Ridder’ Jacques krijgt samen met ‘jonkvrouwe’ Anna vier dochters Emérentiane, Pandora, Anastasia en Margareta.

Pandora wordt genoemd als erfgenaam van haar zus Margareta Hartzen in haar testament (archief Utrecht) dd 5 mei 1600. Op de acte staat vermeld dat Pandora is gehuwd met Frederick van Gent, zijn beroep is ‘Hooffmeyster van de Churfürstinne in de Paltz’. Hij was de hofmeester en raad van Amelia, keurvorstin-weduwe van de Palts. Ook was hij bekend als gezant van de Palts en Bentheim, weduwe van Keurvorst Frederik III. Het betreft hier Amalia van Nieuwenaar-Alpen (1540-1602).

Frederic van Gent wordt ook geschreven als Frederick van Gend / Gendt / Ghent / Ghend / Ghendt.
Pandora Hertzen wordt ook geschreven als Pandora Hertzens / Hartzen / Hartzens / Hertsen / van Hertsen