Coets - Kelder XXVI


72

Coets - Kelder XXVI

Ligging:

Deze zerk bevindt zich in de kooromgang. In 1939 registreerde R.T. Muschart deze zerk niet.

Beschrijving:

Deze zerk van formaat 113 x 256 cm is aan de bovenkant in het midden genummerd "XXVI" met daaronder, in het midden het woord "KELDER" in Latijnse letters geschreven.

De gehele zerk is vlak gehakt met uitzondering van een ovale inzinking op de bovenste helft van de zerk. Hierin bevindt zich een wapenschild met dekkleden en helm met kroon. Het familiewapen is afgehakt, net zoals het helmteken.

Onder het wapenschild komen twee koorden uit, eindigend in kwasten.

De grafzerk ligt (in 2025) gedeeltelijk onder een display van de permanente tentoonstelling in de Eusebiuskerk.


Familiegeschiedenis:

In 1765 staat grafzerk XXVI vermeld als zerk met Duijtsgetal op het 'middelpunt op het hooge choor'. Erbij staat vermeld dat het een kelder is, die 'op het oude Prothocol niet te vinden is' behorende aan de erfgenamen van Ameldonck Coets.

De familie Coets was een bekende familie in Arnhem en Nijmegen. De voornaam 'Ameldonck' komt vaker voor in de familie. Aangezien de grafkosten in 1736 betaald worden door de predikant F.C. Coets, moet "onze" Ameldonck al daarvoor overleden zijn.
Het zou dan kunnen gaan om Ameldonck Coets, geboren 1575 in Nijmegen, overleden 1635. Hij was getrouwd met Hendrika / Hendrickse van Dael. Ameldonck was secretaris van Nijmegen.
Het is wel bijzonder dat deze Ameldonck ook vernoemd staat als de eigenaar van twee grafplaatsen in de Stevenskerk in Nijmegen. Grafplaatsen nr. 913 en 914. Hier wordt Ameldonck 'Ameldonk Coets de oude' genoemd.

Er was ook een Ameldonck Coets (1711-1780) die getrouwd was met Geertruida van Vinceler. Hij was burgemeester van Arnhem en advocaat van het Hof van Gelderland. Hij kan het niet geweest zijn, aangezien hij in 1765 nog in leven was.

De naam Coets wordt ook geschreven als: Coetz, Coits, Koets, Koetsz, Kuijts, Coitsius, Coutsius, Coetsius.


Bijzonderheden:

In 1736 worden de grafkosten betaald door Dom. F.C. Coets. Hij was van 1707 tot 1754 predikant van de hervormde gemeente. Frederik Christiaan Coets (1679-1767) trouwde in 1713 met Fransina Jakoba van Westerem / Westrem. Het echtpaar ging in Arnhem wonen en bleef kinderloos.

Fransina (?-1748) was piƫtisch dichteres en schrijfster. Ze was goed bevriend met de familie van de coccejaanse predikant Johannes d'Outrein, die van 1691 tot 1703 in Arnhem stond. Ze schreef diverse gelegenheidsgedichten voor de familie. Fransina was samen met Aletta Beck de drijvende kracht achter wat zij noemde de 'Arnhemse Maatschappij', een vriendenkring van pastorale dichters en dichteressen.


Meer weten?
Neem contact met ons op!


2024 - Alle rechten voorbehouden
Powered by Webi it Up